‘Een omgekeerd 1989’
– Anne Pek –
‘Een omgekeerd 1989’ noemde Vrij Nederland het afgelopen vrijdag. Precies dat gevoel had ik ook, toen ik nog voor de ochtendkoffie moest verwerken dat de Brexiteers toch hadden gewonnen. Alsof er met veel geraas weer een Muur werd opgetrokken. Niks ‘alle Menschen werden Brüder’: de Britten willen juist weer in cosy Britishness op hun eiland zitten. Wilders en SP vonden het een mooi idee. Als het aan hen ligt, zit Nederland er straks ook splendid geïsoleerd bij.
Sindsdien breek ik me het hoofd over de vraag wat er toch is gebeurd met alle mooie dromen die we in 1989 hadden. Er was zoveel eurofilie toen, alles leek door broederschap omspoeld. En nee: ik behoorde niet tot de extasy-slikkers. Ik was ten tijde van de Wende een brave derdejaarsstudente die toevallig net door Polen had gereisd. Waar ik verbaasd had vastgesteld dat er heel wat culturele rijkdom achter het IJzeren Gordijn schuilging, en dat er veel leuke mensen woonden. Dat die na de Val van de Muur vrij konden reizen en hun dromen konden najagen, raakte me diep.
Een jaar later studeerde ik in Frankrijk. Zo’n beetje de helft van mijn studievrienden vloog tegelijk met mij uit, met een Erasmusbeurs op zak en een grote gretigheid om onze talenkennis bij te werken. We zaten in Lille, Gent, Exeter, Florence en trokken er op met Erasmianen uit andere landen. Het leverde mij een aantal fijne vrienden op, plus de liefde van een Berlijnse uitwisselingsstudent. Inmiddels zijn hij en ik 24 jaar samen. Onze dochter van 15 is een echte Europese! Dat heb ik haar ook flink ingepeperd, toen ze naar mijn smaak te mat op het Brexit-nieuws reageerde: zonder de EU was jij er niet eens geweest.
Ze zeggen dat de Britten met hun buik hebben gestemd. Dat mensen zodra ze hun gevoel volgen, tegen de EU zijn. Maar míjn buik roept door al deze ervaringen juist dat de EU een geweldig project was – en ís. Dat ze mijn leven enorm heeft verrijkt. En dat ik mijn dochter hetzelfde toewens.
Ben ik daarmee ook zo’n voorbeeld van de verwerpelijke elite, die niet ziet hoezeer het ‘gewone volk’ lijdt onder de Brusselse regeldrift? Nog los van het feit dat ik het inmiddels wel een beetje heb gehad met het scheldwoord ‘elitair’ (het is zo’n diffuus begrip dat je je er eigenlijk niet tegen kunt verdedigen): ik denk dat de EU ook in Nederland veel goeds heeft betekend voor ‘de gewone man’. Structuurgeld voor arme regio’s als Flevoland, gratis fruit voor achterstandsscholen, subsidies voor varkensboeren: daar was allemaal weinig elitairs aan.
Dat die gesubsidieerde varkensboeren ondertussen heel wat milieuschade en dierenleed veroorzaakten, dat lijkt me nou weer een minpuntje voor de EU. En ik zie heus wel meer van die minpuntjes – de EU is verre van perfect. Maar voor mij zijn de meeste bezwaren van het rationele soort. Laten we ze dan ook rationeel aanpakken. En verder gewoon van de EU blijven houden. IK ga daar in ieder geval gewoon mee door. Ich bin ein Europäer.
Anne Pek is historica en wetenschapsjournalist